Leg je zomaar lukraak alles in de koelkast? Think again! Zo is het bijvoorbeeld niet overal even koud. En niet álles hoort thuis in de koelkast. Kortom, je kan je koelkast maar beter slim organiseren.
Wat hoort waar?
In elk deel leg je andere voedingswaren. Je koelkast organiseren doe je zo:
- Bovenaan: zuivelproducten (zoals kaas, yoghurt, room), geopende potten en restjes krijgen hier een plekje.
- In het midden: charcuterie bewaar je hier. Net als eieren (ook al is er meestal speciaal ruimte voorzien in de deur) en melk, soep en gebak.
- Onderaan: rauw vlees, rauwe vis en andere zaken die snel bederven bewaar je het best op de onderste schappen van de koelkast. Daar is de temperatuur het laagst.
- Groenten en fruit bewaar je in de groentelade. Leg fruit en groenten als het kan in een aparte lade.
- De deur is het warmste deel van de koelkast, dus zaken die niet te koud bewaard moeten worden, zoals drank (géén melk), boter, sauspotjes en knijptubes, en niet geopende potten, zet je hier.
Dit bewaar je niet in de koelkast
Iets bewaren betekent niet per se dat je het gekoeld moet houden. Sommige eetwaren stop je beter niet in de koelkast.
- Voor vruchtgroenten, zoals tomaten, paprika’s, courgetten en aubergines, is de koelkast eigenlijk te koud. Bewaar ze liever op koele, donkere plek. De kelder of koele berging bijvoorbeeld, waar de temperatuur ongeveer 10 tot 15 °C bedraagt.
- Aardappelen en de koelkast? Geen geslaagd huwelijk. Ook ajuin en look leg je er niet in.
- Fruit dat je uit de koelkast houdt: bananen, citrusvruchten, kiwi en ander exotisch fruit, en steenvruchten, zoals pruimen, nectarines en perziken. De fruitschaal is hun plekje.
Koelkastweetjes
- De ideale temperatuur voor een koelkast? 5 °C. Je stelt de temperatuur dus het best in tussen 4 en 7 °C.
- Zet geen spullen tegen de achterwand. Zo voorkom je dat ze vastvriezen.
- Prop de koelkast niet te vol, zodat er nog genoeg lucht kan circuleren.
- Age before … : nieuw gekochte producten zet je achter de oude. Extra tip: noteer de datum op geopende zaken.
- Laat de koelkast bij het inladen niet langer open staan dan nodig.
- Laat restjes altijd goed afkoelen voor je ze in de koelkast zet.
- Dek alles zo veel mogelijk af.
- Houd rauwe producten gescheiden van bereide producten. Kwestie van kruisbesmetting te voorkomen.
- Leg een droge spons of wat keukenpapier in de groentelade. Het vocht zal hierdoor worden opgenomen en je riskeert minder snel rottende groenten en fruit. Wel regelmatig het papier vervangen of de spons uitwassen, natuurlijk.
- Maak je koelkast maandelijks schoon.
- Wil je een frisse geur in de koelkast? Zo doe je het.
